Snoeien om te boeien: Ondanks zware uitdagingen blijft Maarkedal financieel kerngezond

Het nieuwe aangepaste meerjarenplan van Maarkedal is structureel in evenwicht en sluit in 2025 af met een sterke autofinancieringsmarge van 1.065.530 euro. De financiële situatie van onze gemeente blijft, ondanks de crisis, positief. Er is een evenwichtige verdeling tussen kostenbeheersing door een grondige besparingsronde, extra inkomsten en belangrijke strategische investeringen die uitgevoerd kunnen worden.

Ook voor de Maarkedalse gemeentefinanciën is deze crisis, zoals in alle Vlaamse steden en gemeenten, een uitdaging.  Door de automatische loonindexering, de inflatie en de stijgende energiekosten stijgen onze exploitatiekosten – net als in andere gemeenten- exponentieel. Ook de kosten van de geplande investeringen ontploffen door de hoge grondstoffenprijzen.

We hadden met dit gemeentebestuur een zeer ambitieus investeringsplan opgesteld aan het begin van deze legislatuur. De lage rente, de lage schuldgraad en de hoge noden op vlak van infrastructuur in onze gemeente waren hiervoor de ideale parameters om de handen uit de mouwen te steken. Helaas moeten we vaststellen dat deze perfecte situatie na het crisisjaar 2022 stevige klappen heeft gekregen en moeten we dus het roer omgooien. Na een grondige en alomvattende besparingsoperatie kunnen we opnieuw een kerngezonde begroting voorstellen:

• Structureel evenwicht op lange termijn: De autofinancieringsmarge (AFM) is dé indicator voor de financiële duurzaamheid van de gemeenten. Besturen moeten van de Vlaamse overheid kunnen aantonen dat hun AFM op het einde van de planningsperiode (2025) ten minste nul is. Een positieve AFM wijst immers op een structureel evenwicht. Het nieuwe aangepaste meerjarenplan van Maarkedal is structureel in evenwicht en sluit in 2025 met een sterke autofinancieringsmarge van 1.065.530 euro. De gemeente is financieel dus opnieuw kerngezond.
• Gezond exploitatieresultaat: Lokale besturen moeten er over waken dat de uitgaven de ontvangsten niet systematisch overschrijden. Een financieel gezonde gemeente is een gemeente met een voldoende groot en structureel exploitatieoverschot. Door een grondige en alomvattende besparingsoperatie komen we in 2025 tot een positief exploitatiesaldo van 1.355.478 euro. Dat creëert opnieuw ruimte voor nieuw beleid en nieuwe investeringen in de volgende legislatuur.
• Ambitieus investeringsprogramma: Maarkedal heeft een ambitieus investeringsprogramma deze legislatuur. Ondanks een besparing van 6.000.000 euro, gaan we de komende drie jaar meer dan 8.000.000  investeren om onze gemeente nog mooier te maken. Het leeuwendeel van die investeringen gebeurt in wegeninfrastructuur zoals de heraanleg van Eikenberg. Daarnaast zijn vooral de heraanleg van het Nukerkeplein, een nieuwe lokaal voor de Chiro van Schorisse, de ontwikkeling van een nieuwe voetbalinfrastructuur de meest in het oog springende investeringen.
• Lage schuldgraad: Voor een financieel gezonde gemeente is het cruciaal dat de schuld onder controle wordt gehouden. Zo streeft Maarkedal naar een uitstaande schuld van maximaal 1000 euro per inwoner. Het Vlaams gemiddelde bedraagt  1223 euro per inwoner voor het jaar 2021. Ondanks de vele uitdagingen, blijft Maarkedal tot in 2025 met een schuld van 885 euro per inwoner mooi onder het Vlaamse gemiddelde.
• Geen stijging van de kernbelastingen: Een belangrijke bron van inkomsten zijn de gemeentebelastingen die burgers en bedrijven betalen. De twee belangrijkste belastingen zijn de aanvullende personenbelasting (ongeveer 3 miljoen euro opbrengst voor 2023) en de opcentiemen op de onroerende voorheffing (1,7 miljoen euro voor 2023). Voor beide hoofdbelastingen blijven de tarieven van Maarkedal tot 2025 gelijk en dit mooi onder het huidig Vlaams gemiddelde.

Maarkedal is financieel kerngezond en dat willen we zo houden. Vele andere gemeenten kiezen voor oplapwerk of dienen begrotingen in die met haken of ogen aan elkaar hangen. Wij in Maarkedal kiezen voor fundamentele ingrepen die onze gemeentefinanciën, ook op lange termijn, kerngezond moeten houden, zodat we ook in de volgende legislatuur kunnen blijven investeren.